Home
Endocannabinoid systeem
HET ENDO CANNABINOIDEN SYSTEEM
Het endocannabinoïde systeem is de “master regulator”van ons lichaam
Endo betekent “binnenin” en “cannabinoïde”verwijst naar elk molecuul die deze receptoren activeert.
Al onze lichamelijke systemen zijn in een constante staat van evenwicht. Endocannabinoiden helpen deze toestand te behouden wanneer dat nodig is. Het ECS speelt een modulerende ro in de volgende systemen:
-
Centraal en perifeer zenuwstelsel
-
Hormoonsysteem
-
Immuunsysteem
-
Stofwisseling
De zes belangrijkste funkties van het ECS:
-
Het verminderen van cellulaire, oxidatieve, nitrosatieve, mitochondriale, chemische, mechanische, immunologische, fysiologische, psychische en andere vormen van stress;
-
Het verminderen van chronische, inflammatoire en acute pijn;
-
Ontstekingremmend
-
Reguleert het loslaten en verwerken van traumatische ervaringen
-
Het voorkomen en bestrijden van kanker en neurodegeneratieve aandoeningen;
-
Sociaal: het bevorderen van verbinding en verminderen van sociale angsten en stress
Pijn en ontsteking:
Het endocannabinoide systeem staat centraal in het bestrijden van pijn en ontstekingen. De meeste, zo niet alle pijn- en ontstekingsremmers zoals opio:iden, paracetamol, NSAID's en aspirine werken via het activeren van het ECS en het endorfinesysteem.
Het ECS werkt samen met het endorfinesysteem op een dieper nivo.
Het endocannabinoiden systeem bestaat dus uit endocannabinoiden, cannabinoide receptoren en specifieke enzymen.
ECS = endocannabinoiden + cannabinoide receptoren + enzymen
Dit wordt hieronder nader uitgelegd:
Endocannabinoiden
Dit zijn door het lichaam zelf aangemaakte moleculen die de endocannabinoide receptoren activeren en zich aan deze receptoren binden.
De 2 belangrijkste endocannabinoiden in het lichaam zijn Anandamide en 2-AG
Cannabinoide receptoren
Receptoren zijn een soort antennes op cellen waarop moleculen kunnen aanhaken.
Cannabinoide receptoren spelen een fundamentele rol in de werking van het ECS. Ze helpen bij het doorgeven van boodschappen van endocannabinoiden tussen cellen, maar ook van buiten de cel naar binnen.
De twee belangrijkste receptor types van het endocannabinoide systeem heten CB1 en CB2. Deze receptoren komen voor op veel celtypes in het hele lichaam. Verschillende cannabinoiden binden zich aan, blokkeren of moduleren de activiteit van deze receptoren.
Hieronder vallen endocannabinoiden, fytocannabinoiden (die in planten voorkomen) en synthetische cannabinoiden (die men in een laboratorium maakt zoals medicatie).
Volgens onderzoekers is ook TRPV1 (transient receptor potential vanilloid 1) onderdeel van het netwerk. Het dient nl als receptor voor CBD, THC en anandamide.
CB1 reguleert de afgifte van dopamine via de endorfine receptoren (MOR) bij beloningen
CB2 reguleert de vrijgave van endorfine bij ontstekingen en inflammatoire pijn
-
Enzymen zijn stoffen die chemische reakties katalyseren. Het ECS bevat enzymen die endocannabinoiden zowel opbouwen als afbreken. Vetzuurenzym amidohydrolase (FAAH) is 1 van de primaire enzymen in het systeem. Deze breekt anandamide af.
Anandamide
Is een stofje dat vrijkomt als reaktie op allerlei vormen van stress. Bijv pijn, stress door duursport, hyperglutamaat, celluaire stress, verwondingen en stresshormonen. Anandamide activeert beloning via endorfine en dopamine. Het beloningseffect van anandamide is intenser dan dopamine.
De negen belangrijkste funkties van anandamide zijn:
-
Antidepressant: samen met BDNF is het een sterk “feel good”stofje
-
Activeert de anti-kankergenen
-
De sterkste pijnremmer (sterker dan endorfine en enkefaline) via het remmen van de synaptische activiteit van glutamaat en andere pijnmediatoren
-
Samen met 2-AG de sterkste glutamaatremmer (zeer sterke neurotransmitter die op andere zenuwcellen inwerkt)
-
Anandamide vermindert angsten en sociale stress
-
Heeft een ontstekingsremmende werking
-
Herstelt Th1/Th2 evenwicht (immuunsysteem); het vermindert Th2-dominantie= anti-allergische werking. Het werkt bovendien als een anti-histaminicum net als kaempferol, een FAAH-remmer, die vrijgave remt van histamine uit mestcellen en heeft een gunstig effect bij de behandeling van IgE gemedieerde aandoeningen zoals astma, hooikoorts en andere allergische luchtwegaandoeningen
-
Stimuleert de aanmaak van melanine. Melanine is tot 34 keer sterker dan EDTA om zware metalen te ontgiften. Cannabis (THC) vermindert !! melanine metb 75%
-
Oestrogeen connectie: oestrogeen stimuleert de afgifte van anandamide.(eigenlijk geen funktie, maar wel een duidelijke relatie)
Wat kunnen we zeggen bij een gebrek of niet goed funktionerend anandamide molecuul?
Anandamide in relatie tot ziekte?
Anandamide pathologie:
-
Anandamide is verlaagd bij ADDADHD, autisme, hooggevoeligheid, depressie, PTSS en de meeste aandoeningen en klachten met chronische hyperglutamaat
-
Anandamide dysfunkties veroorzaken angsten, neerslachtigheid, sociale stress en stress overgevoeligheid
-
Trauma's veroorzaken een verminderde werking van anandamide via epigenetische dysfunkties van het FAAH-gen en het anandamide-gen, waardoor men hypergevoelig wordt voor prikkels en stress. In een onderzoek bij mensen met PTSS hebben FAAH-remmers een gunstig effect in het verminderen van vreesconditionering en angsten
-
SNP's (single-nucleotide polymorphism: variatie in DNA) zijn een belangrijke oorzaak van anandamide dysfunkties
-
Dysfunkties van anandamide kunnen leiden tot problemen met het korte en lange termijn geheugen
2-AG
2-AG komt vrij als reaktie op pijn, verwondingen, weefsel- en organbeschadiging, infekties, allergieën en microbiële invasies.
2-AG activeert het immuunsysteem.
Behalve een goede status van anandamide en 2-AG is het belangrijk dat de receptoren op de cellen gevoelig genoeg zijn om deze moleculen te ontvangen:
CB1 RECEPTOREN
CB1 receptoren komen voornamelijk voor in het zenuwstelsel, maar ook elders in het lichaam.
Funkties en feiten van de CB1 receptor
De negen belangrijkste funkties en feiten:
-
Connectie met insuline
Overstimulatie veroorzaakt hyperinsulinemie (teveel insuline produktie), insuline resistentie, een chronisch hongergevoel en remt GLUT4, een insuline gereguleerde glucose transporter die glucose uit de bloedbaan haalt naar de cel
-
Neurale anti-inflammatoire en neuroprotectieve funktie
-
Cardio protectief: voorkomt hartaanvallen, arithmieën en verlaagt de bloeddruk
-
Voorkomt amyloïde-P geinduceerde neurotoxiciteit: bijv. Alzheimer. Parkinson
-
Het is een tumor suppressor receptor
-
Stmuleert het verwerken van traumatische ervaringen
-
Angstremmend, vergemakkelijkt de sociale omgang: social zijn is niet langer een stressfaktr, maar een beloningsfaktor
-
Vermindert gastro-intestinale klachten, zoals afwijkend ontstingpatroon (diarree, obstipatie), onverklaarde buikklachten, krampen, gasophoping etc. die onder meer voorkomen bij het prikkelbare darmsyndroom, PDS ofwel IBS
-
Reguleert de gevoeligheid en de vrijgave van leptine. Leptine is een hormoon dat de verzadiging activeert bij het eten en wordt aangemaakt in de witte vetcellen. CB1 onderdrukt de werking van leptine in de hypothalamus. Dit gebeurt door o.a. Een linolzuurrijk dieet, cannabis of anti depressiva, waardoor men een vals hongergevoel ervaart en blijft eten
Oorzaken van CB1 onbalans:
Overexpressie, desensitisatie (verminderde gevoeligheid), downregulatie worden veroorzaakt door overstimulatie. SNP's en andere faktoren
OORZAKEN VAN CB1 ONBALANS:
-
BDNF depletie: BDNF is de epigenetische protector van CB1
-
Glutathion depletie: glutathion reguleert de intracellulaire opname van vitamine D!!
-
Linolzuurrijk dieet, versterkt door de cobinatie met suikers, smaakversterkers en iddelen met een hoog-glykemische index zoals bier, alcohol, mais, zetmeel en exorfinen (eiwitstrukturen uit gluten, koemelk, soja en spinazie), junkfood en bewerkte voeding
-
Frequent gebruik van alcohol
-
Hyper cortisol: sterk verminderde CB1-expressie in de hippocampus
-
Acute toxische en traumatische stress: PTSS, misbruik, traumatische ervaringen, parentale stress zoals afwijzing en geweld binnen het gezin, “social defeat”stress
-
Gebruik van drugs: cannabis (THC), XTC, amfetamines
-
Gebruik van pijnmedicatie:opioïden, paracetamol, NSAID's, aspirine (deze laatste versterkt de effecten van CB1 en CB2 receptoren)
-
Gebruik van psychofarmaca: antidepressiva, benzodiazepines, antipsychotica
CB2 RECEPTOREN
Er is minder onderzoek gedaan naar CB2 receptoren. Ze verschijnen in kleinere hoeveelheden in het lichaam en bestaan voornamelijk in het immuunsysteem. Toch komen ze in lagere concentraties voor in andere delen van het lichaam.
Relatie CB1 en opioïde receptoren op de cel:
Het ECS werkt samen met het endorfine systeem. Het endorfine systeem werkt middels opioïde receptoren: KOR, MOR en DOR
CB1 kan efficient äanhaken”als er voldoende opioïde receptoren beschikbaar zijn.
Relatie MOR en CB1 receptoren en cholesterol
De MOR en CB1 receptoren worden beinvloed door de concentratie cholesterol. Cholesterol is essentieel om de MOR receptoren te activeren. Statines of rode gistrijst (lagere cholesterol) hebben een negatief effect op de MOR expressie. Daarentegen stimuleert een (te laag) cholesterol de CB1 receptoren. Waarschijnlijk om de bloedvaten gezond te houden. Immers cholesterol “repareert”de bloedvaten bij gebrek aan vitamine C.
Relatie ECS met THC en CBD
Na uitleg van de endocannabinoiden en de receptoren is de relatie te leggen met het gebruik van populaire “feel good”drugs THC (cannabis) en CBD. Deze drugs hebben , zeker bij langdurig gebruik , dus invloed op de werking van de cannabinoide receptoren
Geneesmiddelen die je een hemels gevoel geven, brengen je nadien naar de hel....
THC
Cannabis (THC) heeft vooral effect op de CB1 receptoren. Het is een sterke FAAH remmer en een zeer sterke anandamide reuptake inhibitor. Dit houdt in dat het vetzuur enzym FAAH geremd wordt, waardoor anandamide niet goed afgebroken en niet goed heropgenomen kan worden.
Bovendien is THC de sterkste natuurlijke exogene (buiten het lichaam) CB1 agonist die CB1 downregulatie veroorzaakt in de cortex, waardoor het geheugen en de motivatie afneemt.
THC is een zwakke CB2 agonist.
THC veroorzaakt oxytocine resistentie, wat asociaal gedrag in de hand werkt.
Langdurig gebruik van THC verhoogt de kans op COPD, insuline resistentie, overgewicht en kanker
CBD
Cannabidiol (CBD) heeft vooral alleen een positief effect op CB2 receptoren, maar blokkeert met name de binding van anandamide aan CB1 receptoren en blokkeert de werking ervan.
Technisch verhaal:
CBD is volgens de meest actuele informatie in in vivo onderzoeken (2019 en 2020) en correcties van foutieve interpretaties van voorgaande in vitro onderzoeken:
-
Een zwakke partiële CB2 agonist (agonist en antagonist), het verhoogt de activiteit en de densiteit van CB2
-
Een NAM (negative allosteric modulator) van CB1, dit laatste betekent dat CBD de binding van anandamide aan de CB1 receptoren blokkeert. CBD is geen CB1 antagonist, het heeft geen effect op de densiteit van de CB1. CBD elimineert de werking van anandamide. Om deze reden is CBD te mijden
-
Een FABP remmer, het remt het transport van anandamide naar FAAH. Het verhoogt anandamide, maar dat effect wordt tenietgedan door NAM op de CB1. CBD heeft geen effect op de expressie en de densiteit van CB1
HOE ZORG IK DAT MIJN ENDOCANNABINOIDEN SYSTEEM OPTIMAAL KAN FUNKTIONEREN?
-
Zo min mogelijk onderstaande medicatie nemen (uiteraard in overleg met de arts)
-
paracetamol: veroorzaakt anandamide resistentie (downregulatie van de CB1 receptoren), glutathion depletie, endorfine resistentie, TH2 dominantie (astma en allergische reakties), lekkende celmembranen, mitochondriale schade en sterke toename van nitric oxide (NO), waardoor nitrosatieve stress toeneemt. Verder is het gelinkt aan autisme.
-
Paroxetine: veroorzaakt anandamide resistentie via down regulatie van de CB1 receptoren. Deze middelen veroorzaken BDNF depletie
-
Fluoxetine: veroorzaakt anandamide resistentie vis downregulatie van de CB1 receptoren. Deze middelen veroorzaken BDNF depletie
-
Beperk inname linolzuur en zorg voor een juiste omega6/omega 3 balans doo gebruik van de juiste vetzuren
– linolzuur concurreert met gammalinoleenzuur (GLA) en alfalinoleenzuur (ALA), een essentieel omega 3 vetzuur, dat niet door het lichaam kan worden aangemaakt
– linolzuur concurreert tevens met andere omega 3 vetzuren zoals EPA en DHA
De energieaanvoer uit linolzuur is in Amerika en niet-mediterrane landen in de laatste 50 jaar gestegen van 1% tot 8%. Dit zorgde voor een toename van 2AG tot 300% met een wijdverspreide 2AG resistentie tot gevolg. Het gevolg is dat het grootste deel van de bevolking laaggradige (chronische) ontstekingen heeft.
Linolzuur: concentraties in plantaardige olieën
-
Saffloer olie en druivenpit olie: 80%
-
Zonnebloem olie: 70%, een portie mayonaise van 15 gram bevat 10 gram linolzuur
-
Hennep olie: 50-70%
-
Walnoot olie: 57%
-
Mais olie: 55%
-
Soja olie: 50%
-
Rijst olie:40%
-
Arachide olie: 25%
-
Raapzaad olie: 20%
-
Avocado olie: 13% (50% oliezuur)
-
Olijf olie: 8%
-
Kokos olie: 2%
Mijdt een overconsumptie vn plantaardige olieën. Uitzondering zijn kokos olie, avocado olie en olijf olie.
Maak zelf je mayonaise, bijv met olijfolie of avocado olie
Eet met mate noten, zaden en plantaardige melk
Noten en zaden bevatten ook relatief veel linolzuur. Een teveel aan linolzuur bevordert inflammatie/ ontstekingen (wanneer linolzuur>arachidonzuur), en kan het ECS uit het evenwicht brengen.
Goede plantaardige melk is biologische kokosmelk. Alle andere melkvervangers bevatten relatief veel linolzuur.
Walnoten, chiazad en perillanoot zijn aanbevolen. Vlaszaad (lijnzaad), bevat teveel fyto-oestrogenen (oestrogeenachtige stoffen uit planten met “vrouwelijke”werking). Vlaszaad olie bevat geen fyto-oestrogenen.
Omega-3 vetzuren en het ECS
-
DHA en EPA (omega-3) spelen een belangrijke rol in de regulatie van de expressie en de densiteit van de CB1 en CB2 receptoren. DHA stimuleert de aanmaak en expressie van BDNF en is daarmee een centrale stof in de regulering van het ECS
-
DHA (niet EPA) vermindert de overexpressie van de CB1 receptoren bij een linolzuurrijk dieet
-
DHA (niet EPA) verhoogt de leptine gevoeligheid in de hypothalamus
-
DHA en EPA zorgen ervoor dat de celmembraan flexibel is, wardoor de celstofwisseling en de signalisatie van neurotransmitters en hormonen beter verloopt
Voedingsmiddelen in omega-6 versus omega-3 verhouding:
-
Amandelen 2000:1
-
Zonnebloempitten 310:1
-
Cashewnoot 125:1
-
Pompoenzaden 114:1
-
Hazelnoten 90:1
-
Sesamzaad 57:1
-
Pistachenoten 52:1
-
Pecannoot 21:1
-
Walnoten 1:4
-
Chiazaad 3:1
-
Vlaszaad 4:1
-
Perillanoot 5:1
Linolzuur en overgewicht:
Niet het aantal caloriën in vet zijn doorslaggevend voor het ontstaan van overgewicht, maar de vetzuursamenstelling (omega-6 vs omega-3) van het dieet. Linolzuur maakt dik (omega-6, wit vet), gamma linoleenzuur (GLA) vermagert . (let op: veel contra-indicaties!)
(Omega-3, ruin vet).
Omega-3 neutraliseert (DHA en EPA) het dikmakende effect van linolzuur, bij een extra inname van omega 3 van ongeveer 10-15% van de energieaanvoer door linolzuur.
Wit vetweefsel dient voor de opslag van energie (vetten). Witte vetcellen bestan uit één grote vetdruppel en hebben weinig mitochondria (energiefabriekjes). In het wit vetweefsel wordt leptine aangemaakt, het hormoon dat de etlust onderdrukt, maar tot leptineresistentie kan leiden.
-
Bij normaal gewicht bestaat 20-25% van het lichaamsgewicht uit wit vetweefsel. Mensen met overgewicht hebben te veel wit vetweefsel
-
Linolzuur stimuleert de aanmaak van wit vetweefsel
CB1 receptoren verhogen de opslag van vet in wit vetweefsel en bevorderen leptine resistentie.
CB2 receptoren stimuleren de afbraak van witte vetcellen en de afbraak van vetten in wit vetweefsel.
CB2 activatie helpt om te vermageren.
Bruin vetweefsel met daarin veel mitochondria (energiefabriekjes), dient voor warmteproduktie. Het zet energie (vetzuren en glucose) om in lichaamswarmte. Deze dynamiek wordt vooral actief in koude omstandigheden. Slanke mensen hebben meer bruin vet dan obese mensen. Teunisbloemoloe, zwarte bessen olie en borage olie bevatten gammalinoleenzuur dat de aanmak van bruin vet stimuleert (er zijn wel contra-indicaties). Suppleer met mate (wegens de omega 6 vs omega 3 verhouding)!
Alfalinoleenzuur
-
Alfalinoleenzuur (ALA) is een omega-3 vetzuur. Het wordt gezien als de “moeder omega-3”omdat ALA wordt omgezet in EPA en DHA
-
ALA verhoogt de expressie van de CB2 receptoren bij mensen als men gedurende 10 weken 2,5 gram ALA suppleert uit lijnzaadolie. Het effect begint vanaf de 3e week.
-
Linolzuur is de concurrent van alfalinoleenzuur, gammalinoleenzuur, EPA en DHA.Het DHA en EPA tekort ontstaat door de typische westerse voeding die rijk is aan linolzuur
-
De hogste concentratie ALA treft men aan in lijnzaadolie (75%), perilla olie (60%) en chiazaad (55%)
Gammalinoleenzuur
Gammalinoleenzuur(GLA) is een niet-essentieel vetzuur, een “goede” omega 6 die onder meer de aanmaak van bruin vet stimuleert. GLA is een zeldzaam vetzuur en komt voor in de olie van teunisbloem, zwarte bessen en borage. In tegenstelling tot wat men zou verwachten heeft GLA en ontstekingsremmende werking
Oliezuur
-
Oliezuur of oleïne is het belangrijkste onverzadigde vetzuur, het behoort tot de omega 9 vetzuren. Het is in tegenstelling tot omega 3 en omega 6 geen esentieel vetzuur.
-
Oliezuur is de precursor van Oleoylethanolamide, die toeneemt bij FAAH remming. Oleoylethanolamide activeert de PPAR alfa receptoren die nitric oxide (NO) afremmen en zo bijdraagt aan het verlagen van nitrosatieve stress. Vermoedelijk een van de redenen waarom een mediterraan dieet gezond is. Oliezuur remt neuropeptide venghreline, waardoor minder eetlust bij overstimulatie van CB1 door een vetrijk dieet.
-
Oliezuur verhoogt de expressie van de anti-obesitas (CB2 receptoren) in de vetcellen en draagt zo bij aan het verminderen van de inflammatoire effecten van de vetcellen, door stres, overgewicht en overmatige CB1 stimulatie.
-
Oliezuur stimuleert het verzadigingsgevoel
-
Olijfolie bevat met 75% het meeste oliezuur, gevolgd door de macadamia noot (60%), hazelnoot (52%), pecannoot (43%), rijstolie en sesamolie (42%), amandel (35%) en cashewnoot (28%)
Aanbevolen olieën
De meeste noten en plantaardige olieën bevatten teveel linolzuur, wat al snel leidt tot meer dan 1% van de aanbevolen inname van linolzuur, ofwel 2 gram linolzuur per dag
De meest geschikt olieën in de keuken zijn:
-
avocado olie: 50% oliezuur, 13% linolzuur
-
olijfolie : 75% oliezuur, 8% linolzuur
-
kokosolie: 6% oliezuur, 2% linolzuur, ook geschikt om te frituren
-
ossewit : frituren
Chiazaad en lijnzaadolie zijn de beste bronnen van alfalinoleenzuur. Bij gammalinoleenzuur heeft borage olie de voorkeur in een dosering tot maximaal 2,4 ml (=2 gram), wat overeenkomt met 400 mg GLA en 800 mg linolzuur
BEHANDELING VAN EEN ECS DYSFUNKTIE:
-
Linolzuur drastisch verminderen
-
Verhouding omega-6: omega-3 in de verhouding van 1:1 brengen
-
Meting in het bloed van vitamine D3 en glutathion. Bij gemeten tekort suppletie
-
2 specifiek ontwikkelde supplementen inzetten om de CB1 en CB2 receptoren te verbeteren
Het endocannabinoiden systeem ligt aan de basis voor een optimale celwerking. Veel ziektes kunnen voorkomen worden en/of genezen worden door dit systeem te herstellen.
Bron: BRAINQ.nl